Voortgezet onderwijs
Thuisonderwijs voor het voortgezet onderwijs – een vak apart?
Natuurkunde, scheikunde, hogere wiskunde: kan ik dat wel? Hoe kies je methodes? Hoe bepaal je het niveau? Hoe krijg je alles gedaan? Hoe combineer je het met kleinere kinderen die op basisschoolniveau educatie krijgen? Begrijpelijke en verstandige vragen als je voortgezet thuisonderwijs voorbereidt.
Ook het voortgezet thuisonderwijs staat niet op zichzelf, maar valt binnen het meeromvattende discipelschap. Je kinderen verdiepen zich verder in Gods schepping, op een abstractere manier dan in de eerste fase. Ze leren over de schepping, over de wetmatigheden die God zelf geschapen heeft in de exacte vakken en de talen en over Gods weg met de wereld in geschiedenis en aardrijkskunde.
Als je nadenkt over het vervolg van je thuisonderwijs, dan kun je je beperken tot de academische kant, maar bestrijken we dan de volle breedte van wat God ons aan mogelijkheden geeft om onze kinderen te vormen? Hij vraagt van ons in de eerste plaats dat onze kinderen Hem leren kennen en liefhebben en ook ontzag voor Hem leren. Bij het inslaan van de weg naar voortgezet onderwijs ga je ook de tweede helft in van de tijd die God je heeft gegeven om je kinderen te onderwijzen. De academische vorming mogen we zien in de context van de brede vorming die onze kinderen moeten krijgen om zich een eigenstandige plaats in onze maatschappij te verwerven. En bedenk daarbij ook dat er kinderen zijn waarvoor een sterk academische vorming minder voor de hand ligt, kinderen waarbij een ambacht (loodgieter, stratenmaker, etc.), een verzorgend beroep of een artistieke vorming beter passen bij de aanleg die God het gegeven heeft.
Hoe bereid je je voor op een voortgezette thuisonderwijs?
- Doel nog helder?
Kijk of je je bestemming/doel (nog) helder voor ogen hebt en stel deze zo nodig bij. - Doelstellingen nog actueel?
Kijk of je concrete doelstellingen nog steeds actueel zijn of dat ze bijstelling behoeven. - Wie is je kind?
Kijk ook of je je beeld van je kinderen helder hebt en of het juist is. Soms kan het gekleurd raken door moeiten die we hebben met een kind, maar het is belangrijk dat we een juist beeld krijgen van wat het kind kan en welke gaven het heeft. Hiervoor is de wijsheid en het inzicht dat God ons door zijn Geest kan geven onmisbaar.
Voor je daarom aan voortgezet thuisonderwijs begint, is het goed om weer eens even met z’n tweeën te gaan zitten en opnieuw samen na te gaan wat je kind voor persoon is.
– wat zijn de sterke kanten?
– de kanten die nog versterking kunnen gebruiken?
– wat kan je kind aan en wat gaat hem boven de pet?
– wat behoeft nog bijstelling?
– wat behoeft aanmoediging?
– wat is zijn of haar karakter en persoonlijkheid?
– wat zijn hun gaven?
– wat zijn hun interesses?
– hoe zit je kind in elkaar, is het een academisch kind of juist ambachtelijk of verzorgend?
Bovenstaande vragen zijn niet nieuw voor je. Ze helpen je om het even puntig te formuleren, zodat je van daaruit verder kunt denken.
Maar fris zelf ook even weer op: we hadden gewetensbezwaren en geven onze kinderen daarom thuis een educatie, maar wat stond ons voor ogen? Zijn we nog op koers?
Voor sommige kinderen en ouders is het van meet af aan heel duidelijk welke kant het kind op zal gaan, voor anderen blijft dit lange tijd onduidelijk. De laatste groep zal dan waarschijnlijk langer een brede educatie blijven aanbieden waarbij het kind later nog goed en vlot kan specialiseren, anderen zullen naast de algemene kennis al eerder het pad in slaan waar het kind op lijkt uit te zullen komen.
Leg vast, documenteer
Een laatste punt: om ‘the end in mind’ te houden, helpt het om vast te leggen wat je doet.
Voor je kind:
– zodat het later weet wat hij/zij zoals gedaan heeft
– om later inspiratie op te doen voor zijn eigen kinderen
– om te zien wat hij leert en doet
Voor jezelf:
– zodat je goed overzicht houdt over de vorderingen en helder hebt wat jullie samen doen
– om te evalueren of jullie nog op koers liggen
– om duidelijkheid te krijgen in interesses en gaven van je kind
Wellicht voor de toekomst:
In sommige situaties kan een portfolio of een duidelijk overzicht van levenservaring een pre zijn voor opleidingen of werkgevers of als je kind als ondernemer aan de slag wil. Dit is een eerste start. Mocht je tegen concrete vragen aanlopen, doe dan gerust een beroep op je mede-thuisonderwijzers of neem contact met ons op
Vragen die je daar zou kunnen stellen zijn: hoe kies je methodes? Hoe bepaal je het niveau? Hoe krijg je alles gedaan? Hoe combineer je het met kleinere kinderen die op basisschoolniveau educatie krijgen?
En hoe ga je verder na het voortgezet onderwijs?
Je kinderen kunnen hun voortgezet thuisonderwijs op allerlei manieren afsluiten. Bijvoorbeeld met een Nederlands of een Amerikaans diploma. Eén van de voorbeelden in de laatste categorie is het CLEP-systeem. CLEPs zijn College Level Education Points. Door CLEP-examens af te leggen, verzamel je deze punten. Drie tot zes per examen. Deze studiepunten kun je later inbrengen bij een college of university. Tot nu toe is dit systeem in Nederland nog erg onbekend, maar daar kan verandering in komen